Bescherming van werknemers

Worker with hard hat

De EU-wetgeving betreffende bescherming van werknemers is van toepassing op chemische stoffen en dus ook op nanomaterialen, hoewel deze materialen er niet expliciet in worden genoemd. Van bijzonder belang zijn Kaderrichtlijn 89/391/EEG, Richtlijn 98/24/EG betreffende chemische agentia en Richtlijn 2004/37/EG betreffende carcinogene en mutagene agentia, alsmede de REACH- en CLP-verordeningen. Dit betekent dat werkgevers wettelijk verplicht zijn om de risico's van chemische stoffen, waaronder nanomaterialen, op het werk te beoordelen en te beheren. Vervolgens moeten maatregelen worden genomen om de risico's zoveel mogelijk weg te nemen of te verminderen. De eerste maatregelen ter overweging zijn eliminatie van het risico of vervanging van materialen en processen door minder gevaarlijke. Als dit niet mogelijk is, moet de blootstelling van werknemers tot een minimum worden beperkt door preventie volgens de hiërarchie van controlemaatregelen, met de volgende prioriteit:

  1. technische controlemaatregelen aan de bron;
  2. organisatorische maatregelen; en
  3. persoonlijke beschermingsmiddelen, die pas in laatste instantie in overweging mogen worden genomen.

De situatie moet worden gecontroleerd en de effectiviteit van de genomen maatregelen moet regelmatig worden beoordeeld.

Hoewel nog veel onzekerheid heerst, zijn er zorgen over de veiligheids- en gezondheidsrisico's van nanomaterialen. Daarom moeten werkgevers samen met werknemers een voorzorgsbenadering hanteren met betrekking tot risicobeheer en de keuze van preventieve maatregelen.