Voedingsmiddelen

Nanomaterialen beïnvloeden in toenemende mate de voedselsector. Er vindt onderzoek en ontwikkeling plaats, gericht op de mogelijke voordelen en risico's van het gebruik van nanomaterialen in voedsel om de eigenschappen ervan te veranderen, bijvoorbeeld de smaak of textuur. Met het toegenomen gebruik van nanomaterialen in de voedsel- en voederketen is het belangrijk om de eigenschappen en kenmerken van nanomaterialen te kennen en vast te stellen of ze mogelijke gezondheids- of milieuproblemen geven.

In de EU is de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) verantwoordelijk voor de risicobeoordeling van het gebruik van nanomaterialen in voedsel en voer en in materialen die bestemd zijn om met levensmiddelen in contact te komen. Dit dient om vast te stellen of er risico’s zijn waarmee rekening moet worden gehouden voordat het gebruik wordt toegelaten. De beoordeling gebeurt door de wetenschappelijke panels van de EFSA, die onafhankelijke deskundigen uit heel Europa omvatten. Als de lidstaten en de Europese Commissie vervolgens tot toelating besluiten, worden in de toelating de gebruiksvoorwaarden en eventuele etiketteringsvereisten voor de nanomaterialen bepaald.

Er bestaan al verschillende verordeningen in de EU die specifiek betrekking hebben op het gebruik van nanomaterialen in de voedselsector.

 

Nieuw voedingsmiddel

Onder de EU-wetgeving is een nieuw voedingsmiddel een voedingsmiddel dat niet in significante mate werd geconsumeerd in de EU vóór 15 mei 1997, toen de eerste verordening betreffende nieuwe voedingsmiddelen van kracht werd. Nieuwe voedingsmiddelen kunnen recent ontwikkelde, innovatieve voedingsmiddelen zijn, voedingsmiddelen die worden geproduceerd met behulp van nieuwe technologieën en productieprocessen, en voedingsmiddelen die traditioneel buiten de EU worden of werden geconsumeerd. Voedingsmiddelen die uit technisch vervaardigde nanomaterialen bestaan of deze stoffen bevatten, worden ook beschouwd als nieuwe voedingsmiddelen. De verordening betreffende nieuwe voedingsmiddelen heeft zijn eigen definitie van ‘technisch vervaardigd nanomateriaal’, die ook wordt gebruikt in de verordening betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten.

De verordening betreffende nieuwe voedingsmiddelen legt verplichtingen op die gelden voor technisch vervaardigde nanomaterialen – nanomaterialen die opzettelijk technisch zijn vervaardigd om specifieke eigenschappen te verkrijgen – waaronder vereisten voor het in de handel brengen in de EU van een nieuw voedingsmiddel, zoals voorafgaande toelating van het materiaal door de Europese Commissie. Nieuwe voedingsmiddelen worden alleen goedgekeurd voor gebruik in de EU als ze geen risico voor de volksgezondheid vormen, uit voedingsoogpunt niet nadelig zijn wanneer ze een vergelijkbaar voedingsmiddel vervangen en niet misleidend zijn voor de consument.

 

Nanomaterialen als levensmiddelenadditieven

De verordening betreffende levensmiddelenadditieven bevat een lijst van goedgekeurde levensmiddelenadditieven, enzymen en smaakstoffen. Als er wijzigingen in het productieproces of in de uitgangsmaterialen van een al goedgekeurd levensmiddelenadditief zijn, wordt dit beschouwd als een ander additief en is herbeoordeling noodzakelijk. Een belangrijke wijziging in de uitgangsmaterialen is bijvoorbeeld een verandering in deeltjesgrootte, waaronder ten gevolge van nanotechnologie.

 

Etikettering van levensmiddelen die technisch vervaardigde nanomaterialen bevatten

De verordening betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten (FIC) stelt de regels vast voor de etikettering van voedselingrediënten en bevat vereisten die gelden voor technisch vervaardigde nanomaterialen in voedingsmiddelen. Krachtens de verordening moeten alle ingrediënten die technisch vervaardigde nanomaterialen zijn, duidelijk vermeld staan in de lijst van ingrediënten. De naam van het ingrediënt wordt gevolgd door het woord ‘nano’ tussen haakjes.

 

Nanomaterialen in kunststofmaterialen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen

Materialen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen worden in de voedselvoorzieningsketen veel gebruikt om voedsel te vervoeren en te beschermen. De broodjes die we eten en de melk die we kopen zijn er bijvoorbeeld in verpakt. Er zijn verschillende verordeningen die ervoor moeten zorgen dat schadelijke chemische stoffen niet in het voedsel terechtkomen, zoals de algemene wetgeving betreffende materialen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen en de verordening betreffende materialen van kunststof die met levensmiddelen in contact komen.

De verordening betreffende materialen van kunststof die met levensmiddelen in contact komen, is deels gericht op het mogelijk vrijkomen van chemische stoffen uit materialen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen, en op het vermijden van het gebruik van schadelijke chemische stoffen in dergelijke materialen. De verordening stelt regels vast voor de samenstelling van materialen van kunststof die met levensmiddelen in contact komen, en bevat een EU-lijst van stoffen die mogen worden gebruikt bij de vervaardiging van dergelijke materialen. De verordening legt ook beperkingen op voor het gebruik van deze stoffen en bevat regels om vast te stellen of materialen en voorwerpen van kunststof aan de voorwaarden voldoen.

Want meerlaagse materialen of voorwerpen, zelfs als de kunststoflaag niet direct in contact komt met het levensmiddel en van het levensmiddel is gescheiden door een functionele sperlaag, mogen alleen stoffen in nanovorm bevatten als de nanovorm uitdrukkelijk is toegelaten.

 

Nanomaterialen in actieve en intelligente materialen die met levensmiddelen in contact komen

Actieve en intelligente materialen die met levensmiddelen in contact komen, verlengen de houdbaarheid door de toestand van verpakte levensmiddelen te handhaven of te verbeteren door stoffen af te geven aan of te absorberen uit de levensmiddelen of de omgeving daarvan. Enkele voorbeelden zijn voedselverpakkingsmaterialen, bestek, borden en snijplanken.

De EU-verordening betreffende actieve en intelligente materialen en voorwerpen voorziet in de opstelling van een EU-lijst van stoffen die zijn toegelaten voor de vervaardiging van actieve en intelligente materialen.