Inademing

Via de lucht die we inademen, worden we blootgesteld aan veel vluchtige substanties, waaronder nanomaterialen. Gemiddeld ademen we in ons leven meer dan 300 miljoen liter lucht in: hetzelfde volume als 120 olympische zwembaden.

In veel verschillende situaties ademen we nanodeeltjes in, bijvoorbeeld bij het gebruik van cosmetica of spuitproducten thuis, of door uitlaatgassen van voertuigen en andere bronnen.

Sommige nanodeeltjes in de lucht zijn onschadelijk en leiden niet tot longschade. Andere kunnen echter gezondheidsproblemen, allergische reacties of zelfs tumoren veroorzaken. Een voorbeeld hiervan is titaandioxide, dat in zonnebrandmiddelen voorkomt en waarvan wordt vermoed dat het bij inademing kanker veroorzaakt. Daarom moet elk product dat deze stof boven een bepaalde grenswaarde bevat, geëtiketteerd met een waarschuwing om te voorkomen dat mensen de stof inademen.

Verschillende vormen van hetzelfde nanomateriaal kunnen zelfs verschillende effecten hebben. Zo kan inademing van bepaalde vormen van koolstofnanobuisjes fibrose en kanker in de longen veroorzaken, terwijl andere vormen dat niet doen.

Om te begrijpen of een nanomateriaal acute of chronische effecten kan hebben, voeren wetenschappers zowel korte- als langetermijnstudies uit. De resultaten kunnen helpen om de mogelijke risico’s van nanomaterialen te beheersen. Hieruit kan bijvoorbeeld blijken waar beschermende uitrusting nodig is om het inademen van een schadelijk nanomateriaal te voorkomen.